Ik zie, ik zie wat jij niet ziet: een Costasiella Kuroshimae!
In de diepten van de Zuidoost-Aziatische wateren schuilt een wonder van de natuur: de Costasiella Kuroshimae, beter bekend als ‘Shaun the Sheep’. Met zijn bescheiden gestalte van slechts 10 mm is deze kleine nudibranch een ware reus in de wereld van microscopische fauna en een van de kleinste zeenaaktslakken ter wereld.
Net als een echt schaap besteedt de Costasiella Kuroshimae het grootste gedeelte van zijn tijd aan grazen. Het is een echte gras- en algeneter en je vindt ze daarom ook alleen op duikstekken met een specifiek soort zeegras, de Halimeda. Maar dit is het niet enige dat Shaun zo bijzonder maakt. Dit piepkleine diertje kan namelijk iets wat geen ander dier ter wereld kan, namelijk fotosynthese.
Fotosynthese ken je van planten, maar echt, Shaun kan het ook! Deze zeenaaktslak maakt gebruik van kleptoplastie: het vermogen om chloroplasten (bladgroenkorrels, de cellen in planten die het zonlicht opvangen en verwerken) uit de algen op te nemen. De chloroplasten in het miniscule lichaampje van Shaun the Sheep worden gebruikt voor fotosynthese en produceren glucose en zuurstof. Eigenlijk leeft dit kleine beestje dus op zonne-energie – hij is ‘solar powered’!
Shaun the Sheep komt voornamelijk voor in het wit en groen, in onder andere Japan en de Filipijnen, maar er zijn ook zeldzamere blauwgele exemplaren te vinden. De kleur van Costasiella Kuroshimae wordt hoofdzakelijk bepaald door de cholorplasten die het dier eet.
Maar waarom zo’n ingewikkelde naam?
De wetenschappelijke naam Costasiella Kuroshimae, is een combinatie van Latijn en Japans. Costasiella is de geslachtsnaam van alle zeenaaktslakken die behoren tot de sapzuigende slakken. Kuroshimae komt van het Japanse eiland Kurshima, voor de kust van Taiwan, waar het diertje in 1993 ontdekt is – pas 30 jaar geleden!
Staat Shaun op jouw bucketlist?
De zeenaaktslak komt voor bij beide Magic Resorts in de Filipijnen: Magic Island in Moalboal, Cebu en Magic Oceans in Anda, Bohol. Alhoewel, ze zijn zo piepklein dat je ze met je blote oog niet zomaar vindt! Neem je vergrootglas mee of vraag de lokale divemasters om ze voor je te vinden – die hebben een bijzondere oog voor detail!
