Dirk Van den Bergh – De mooiste sepiabeelden van 2019
Duikreporter Dirk sluit 2019 af met een compilatie van zijn mooiste videobeelden. In deze video zijn mooiste opnamen van de sepia’s.
Datum: 2019
Duiklocatie: Bergse Diepsluis
De Bergse Diepsluis staat bekend als dé place to dive wanneer het sepiaseizoen aangebroken is.
De sepia’s kwamen dit seizoen veel later dan normaal en ze waren ook minder talrijk, maar bleven ook langer. Voorlopig is het voor de biologen gissen hoe dit komt. Normaal komen ze in grote getale vanuit de diepte van het Continentaal Plat naar ondiepere wateren zodra de temperatuur tot 10 à 12 graden gestegen is na de winterperiode.
De Oosterschelde is een kraamkamer voor deze dieren. De watertemperatuur is belangrijk voor de ontwikkeling van de eieren én opdat er genoeg voedsel voorradig zou zijn voor de juvenielen. Duikers plaatsen rekken waar ze hun eieren kunnen op afzetten en daar wordt gretig gebruik van gemaakt. De Sepia officinales is de soort die hier voorkomt en heeft bruin-witte strepen.
Dit patroon kan echter plots veranderd worden met microscopisch kleine spieren die de pigmentcellen doen krimpen of uitzetten. Zo kan het dier zijn kleur aanpassen aan de bodem of om te pronken tegenover partner of rivalen. Door de structuur van de huid te veranderen kunnen er ook bobbels en stekels gevormd worden.
Het is eigenlijk een nachtdier. Op voedsel jagen doet het door waterstralen over de bodem te blazen en het voedsel dat voornamelijk bestaat uit krabben, garnalen en kleine vis op te schrikken. Die worden dan bliksemsnel gegrepen met de vangarmen en naar de papegaaien bek gebracht. Een krachtig instrument waar je best als duiker niet door gegrepen wordt! Tijdens gevechten onder rivalen wordt er soms met dit wapen op leven en dood gestreden. Zodra een mannetje een vrouwtje gevonden heeft waarmee hij zal paren beschermt hij dit tegen de steeds maar weer opdoemende rivalen. Het is een prachtig schouwspel.
Ik had het geluk een paring mee te maken. Het voorspel kan uren duren. Bij de paring blijven ze minuten lang in mekaar verstrengeld. Het mannetje schuift met behulp van één van zijn mond tentakels een in slijmhulsel verpakt zaadpakje in de mantelholte van het vrouwtje. Uit dit pakje komen de spermatozoa in de geslachtsopening terecht. Beide dieren veranderen sterk van kleur, daarna is de paring voorbij.
Het mannetje blijft bij het vrouwtje om te voorkomen dat anderen ook met haar gaan paren en beschermt haar terwijl ze de eieren afzet. Per keer zijn dat er zo’n 200 à 300. Vóór het vrouwtje de eieren gaat knopen, voorziet ze die van een inktlaag, zodat ze zwart zijn en vijanden de embryo’s niet kunnen zien. Soms is de inkt op en dan heeft het eitje zijn oorspronkelijke witte kleur waardoor de ontwikkeling van de jonge sepia te zien is. Na 6 tot 8 weken komen de eieren uit. De sepia is dan 1 cm groot.
Het vrouwtje is nu zo uitgeput dat het sterft. Het mannetje keert terug naar het Continentaal Plat, maar wordt ook nooit ouder dan 3 jaar. De juvenielen blijven nog wat langer bij hun geboorteplaats, maar dalen eind oktober/begin november ook af en zullen later opnieuw naar hun geboorteplaats weerkeren, waar heel het proces zich herhaalt.