Vinnen – handige tips
Er zijn zo veel verschillende vinnen dat je soms door de bomen het bos niet meer ziet. Mares heeft enkele tips voor je!
De allereerste vraag die je je moet stellen: wat voor duiken ga je nu en in de toekomst maken? Je vinkeuze zal heel anders zijn wanneer je alleen bij Bonaire aan de oppervlakte gaat snorkelen, dan wanneer je ook stromingsduiken in de Noordzee gaat maken. Ook zo’n vraag die je voeten op prijs zullen stellen: moet je over de oesters het water in lopen of spring je van een boot af, kortom draag je schoentjes in je vinnen of niet?
Je gebruikt vinnen voor de voortstuwing – je wilt je immers door het water kunnen bewegen. Maar het ene water is het andere niet. Als je in stroming duikt, heb je power nodig en dat krijg je met een stugger blad. Snorkelend in water zonder stroming heb je voldoende aan een kleinere en lichtere vin.
Tijdens de beenslag drukt het blad van de vin het water deels naar voren en deels naar achteren. Hoe meer water er naar voren wordt verplaatst, des te minder effectief is je slag. Beter gezegd hoe minder je zelf naar voren gaat. Hoe meer het blad naar achteren gaat, des te meer water naar achteren wordt verplaatst en dus kom je beter vooruit.
Pas vinnen! Een vin met gesloten hiel waar je met blote voeten in gaat, kun je niet verstellen – hij moet dus meteen goed zitten. Je wilt hem niet verliezen.
Een vin met (afstelbare) open hiel draag je met schoentjes. Pas deze vinnen dus ook met de schoentjes. En vergeet niet dat het ene schoentje het andere niet is. Als je zowel droog als nat duikt, kan er een groot verschil tussen het schoeisel zitten.
Ook belangrijk als je een vin met open hiel gebruikt: krijg je hem in het water ook weer uit? Of word je voet met schoen in de voetpocket vacuüm gezogen? Proberen dus!