Inloggen

Wachtwoord vergeten?

Materiaal

Stickers plakken – Waarom dan?

Waarom plakken techduikers hun flessen vol met stickers? We vroegen het Bas Poelmann en hij kan daar een héél kort en een iets langer antwoord op geven.

Laat ik beginnen met een gewetensvraag: duik je wel eens met nitrox? Dan analyseer je je duikfles waarschijnlijk voor de duik. En duik je, naast met nitrox, ook nog wel eens met lucht? En analyseer je je fles dan ook…? Beantwoord deze vraag nog eens voor jezelf na het lezen van dit artikel.

Nu terug naar de vraag in de intro van dit stuk: “Het duiken met verschillende gassen is een gevaarlijke hobby. That’s why.”

Nou, dat is het korte antwoord. Maar misschien is er wat meer uitleg nodig, dus hieronder het (hele) lange antwoord!

Ik heb het hierboven over ‘gassen’ en niet over ‘lucht’. Lucht is namelijk maar een willekeurig mengsel van gassen, namelijk 20,9% zuurstof, ongeveer 78% stikstof en ongeveer 1% overige gassen zoals CO2, argon en nog een aantal andere gassen. Veel duikers duiken met andere mengsels in plaats van met lucht.

Verarmde lucht

Nitrox is daar één bekend voorbeeld van. Vaak wordt nitrox ‘verrijkte lucht’ genoemd, maar dat is eigenlijk een onjuist benaming. Het zou eigenlijk ‘verarmde lucht’ genoemd moeten worden: we willen namelijk minder stikstof in het mengsel zodat we langere nultijden kunnen maken. Het trucje om dat te bereiken is er extra zuurstof aan toevoegen. De extra zuurstof hebben we helemaal niet nodig, want in lucht zit al voldoende zuurstof. De extra zuurstof brengt echter een groot nadeel met zich mee; het wordt giftig als je er te veel van inademt. Als je een nitroxspecialty hebt gevolgd, weet je dat je met nitrox minder diep kan duiken dan met lucht.

En dat brengt ons terug naar het onderwerp van dit verhaal: stickers. Om te zorgen dat je met nitrox niet per ongeluk te diep duikt, zijn de nitroxflessen van sportduikers meestal gemarkeerd met een geel-groene sticker of hebben de flessen een groene kraanknop. Zo kan iedereen zien dat er geen gewone lucht in zit en je met nitrox te maken hebt – en dus met een geringere maximale duikdiepte (MOD, Maximum Operating Depth).

Steeds een ander mengsel

Nu is het zo dat techduikers niet altijd hetzelfde mengsel in hun flessen hebben – dit hangt namelijk af van de diepte waar ze naartoe willen. Tot een meter of 30 zullen veel techduikers voor een nitroxmengsel kiezen (er is eigenlijk geen goede reden om op lucht te duiken) en als ze dieper gaan, kan dat zelfs trimix worden omdat de stikstofnarcose, gasdichtheid en uiteindelijk ook het zuurstofpercentage dan onacceptabele waarden gaan aannemen. Het is niet haalbaar om voor elk mengsel steeds een nieuwe fles te kopen. Steeds een ander mengsel in dezelfde fles dus. Daarom wordt er vaak geen vaste nitroxsticker op de flessen geplakt.

In sommige flessen gaat trimix en om snel te kunnen decomprimeren heb je flessen met een heel hoog zuurstofpercentage onder de arm. Meerdere flessen, met verschillende mengsels erin, tijdens één duik. In die flessen kan gedurende een duikweek misschien ook wel steeds iets anders zitten. Of de persoon die de fles voor jou heeft gebruikt, heeft een ander gas geademd. Of iemand anders heeft een bepaald gas besteld bij het vulstation, maar daar wordt per ongeluk jouw fles mee gevuld. Of je neemt per ongeluk de verkeerde fles mee van het vulstation.

Veilig ademen?

En nu komt het probleem: niet alle gassen kunnen op elke diepte veilig geademd worden. Gassen met een heel hoog zuurstofpercentage kunnen alleen heel ondiep geademd worden Pure zuurstof zelfs maar tot maximaal 6 meter, terwijl een trimixmengsel met maar heel weinig zuurstof (bijvoorbeeld 15/55 of 10/70 met maar 15 of zelfs 10% zuurstof) juist aan de oppervlakte niet veilig adembaar is. Ook hebben verschillende gassen een verschillend effect op je decoplanning.

Een vergissing is makkelijk gemaakt, maar kan helaas een dodelijke afloop hebben: het ademen van het verkeerde gas op de verkeerde diepte is een van de grootste gevaren van het duiken met meerdere flessen. En om dat te voorkomen moet je altijd weten wat je ademt. Flessen analyseren en stickers plakken dus!

— Ademen uit een fles zonder stickers… Brrrr, ik moet er niet aan denken! —

Elke fles moet worden geanalyseerd door de duiker die de fles gaat gebruiken en worden voorzien te worden van een analysesticker. Hierop moeten het gemeten percentage, de MOD, de vuldatum en de initialen van de duiker staan. De sticker moet zó geplaatst zijn dat je de sticker tijdens de gaswissel kunt lezen. Daarnaast moeten er twee MOD-stickers op de fles zitten die van een afstandje duidelijk maken tot welke diepte dit gas adembaar is. Vaak worden er ook nog stickers met de initialen van de duiker op geplakt, zodat je makkelijk kunt herkennen van wie de fles is – en dus wie ‘m gemeten heeft en in wiens duikschema de inhoud past.

Stickers plakken dus! Want ademen uit een fles zonder stickers… Brrrr, ik moet er niet aan denken!

Waar koop je stickers?

Stickers waarmee je je flessen labelt, vind je zeker bij duikwinkels die op technisch duiken gericht zijn. Je kunt ook eens een kijkje nemen op deze website.

Bas publiceert op DuikeninBeeld regelmatig blogs en content over veiligheid en duiken en reviews van (technische) duikmaterialen.

Vanuit Black Marlin Tech Diving geeft Bas technische duikopleidingen op verschillende niveaus.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Velden met * zijn verplicht *

Nieuwsbrief