Carla van Westing – Visserslatijn of ander Latijn
LocatieGulen, Noorwegen
Duikreporter Carla van Westing heeft iets met naaktslakken. Geen wonder dat ze enthousiast raakt over een Nudibranch Safari in Noorwegen.
Begin januari kom ik op facebook een trip tegen naar Gulen in Noorwegen. Ze noemen het de Nudibranch safari. Ik lees er wat over op hun site en word best enthousiast. Thuis krijg ik bijval en het advies om te boeken. Dus ik vraag 2 dagen vrij op mijn werk, want de trip is van donderdag tot maandag. Als ik de toezegging heb boek ik een vlucht en de safari. Tis nog even wachten dan, maar ik heb er enorm veel zin in. ‘Helaas’ komt er een verhuizing tussendoor, omdat we ons huis verkocht hebben, en heb ik niet veel tijd om me er geestelijk op voor te bereiden, me erop te verheugen bedoel ik eigenlijk, maar als ik mijn tas ga pakken komen de kriebels toch. Gelukkig maar, zou wel jammer zijn als dat niet zo was.
Ik vertrek donderdagmorgen vroeg en ben daardoor al vroeg in Bergen. Moet even wachten op de transfer, want 2 andere gasten, uit Berlijn, komen wat later aan. Maar ik kan even rustig acclimatiseren en aan het idee wennen dat ik vrijdag in een fjord zal liggen. Waanzinnig eigenlijk, hoe snel je in een compleet andere omgeving bent.
Helaas werkt het weer niet mee, en de trip naar Dalsoyra zien we bijna niets, door laaghangende bewolking en regen. Maar ik krijg toch wel wat mee van dit fantastische land. Om te beginnen heel veel water, overal zie je stroompjes van de bergen komen. Onderweg stoppen we bij een supermarkt, want het duikresort, is selfcatering. Ik heb het daar later, uit nieuwsgierigheid, met de eigenaar over gehad en ik snap zijn standpunt. De levensstandaard is in Noorwegen zo hoog, dat hij zijn prijs inclusief eten zo hoog moet maken, dat niemand meer zal komen. Logische verklaring.
Dus ik koop Wasa knäckebröd natuurlijk en wat ander brood, wat beleg en drinken en fruit. Daar kom ik wel even mee verder. De avond is gezellig, we krijgen een welkomstwoordje en een lezing van een aanwezige Russische professor. Erg interessant en leerzaam. Ook ontmoet ik Bernard Picton, the king of the NE Atlantic nudibranchs, zoals sommigen hem noemen. De uitleg over het duikcentrum zal Guido de volgende morgen om 9 uur doen. Je mag hier allemaal alleen duiken en je mag hier ook alles verzamelen, alleen geen kreeften. Heel bijzonder, zo anders dan bij ons. Na de lezing praat ik nog wat en ga naar bed.
Als ik ’s morgens de papieren heb ingevuld, vraag ik Guido of er iemand is die me de eerste keer een beetje de weg wil wijzen onder water. Hij stelt voor dat ik Bernard vraag, want die had tot dan toe met Tanya, de vrouwelijke Russische professor, gedoken. Jaja, het waren er 2, een echtpaar. Dus ik stap op hem af en vraag of hij gaat duiken. Was hij eigenlijk niet van plan, omdat de russen die dag weggaan en ze nog wat info willen uitwisselen. Maar als ik wil duiken gaat hij mee. Hoeveel geluk kun je hebben, met de specialist onder water! Uiteraard laat ik hem besluiten waar we naar toe gaan. Het wordt Flabelina Mountain. We volgen een waterleiding, die een aantal enorme dodemansduimen heeft. Echt prachtig! Ik volg Bernard, maar kijk stiekem toch of ik er geen Tritonia op zie in het langs zwemmen. Bij de rotsen aangekomen ben ik eigenlijk wel een beetje teleurgesteld. De verhalen dat er honderden naaktslakken ronddolen is absoluut niet waar. We moeten echt ons best doen om er een paar te vinden. Gelukkig lukt dit wel en we hebben een fantastische duik. Ik zie slakken die ik nog nooit gezien heb, dus mijn dag kan toch niet meer stuk. Na de duik hebben we een lezing en daarna maken we een duik iets verder uit de kust. Hier gaan we met een klein bootje naar toe, 4 duikers per keer, maar slechts 3 minuten varen, dus het gaat erg snel allemaal. Daar op The Ridge zien we weer andere slakjes. Alweer nieuwe voor mij en ik ben zo trots dat ik er ook kan aanwijzen. En zelfs eentje waar Bernard helemaal van uit zijn dak gaat. Wat een enig weekend, nu al! Hoewel, ik moet nog wel met mijn droogpak weer terug in de boot zien te komen, heb ik nog nooit eerder gedaan. Maar met een beetje coaching van Guido lukt het allemaal perfect. Na de tweede duik hebben we weer een lezing en daarna maken we allemaal wat te eten. Ieder voor zich, beetje vreemd, maar zo gaat dat blijkbaar. Na het eten begeef ik me naar de workshopruimte, zo noem ik het maar, waar de microscoop staat en de verzamelde beesten worden bekeken, benoemd en ‘gepickeld’. Er zijn mensen uit Frankrijk, Duitsland, Denemarken, Noorwegen, Ierland en Nederland. Genoeg talen dus. Ik ben nu van 1 ding overtuigd, ik ga alle Latijnse namen leren. Want in iedere taal heet een slak anders, maar in Latijns zijn ze overal hetzelfde. ik sta daar met mijn slakkenkaart om verschillende namen te zoeken en te herkennen. Haha, maar ze vonden hem wel mooi, en Bernards naam staat ook achterop. Ik heb er in ieder geval iets aan. En ik leer wel heel veel.Kun je nagaan als je dit nog 2 dagen doet, met Bernard duiken, hem gaan helpen met zijn samples, lezingen volgen en met de anderen kletsen. Echt ongelooflijk, wat een giga-leerzaam tripje. Jammer dat het weer niet helemaal meewerkte. Vrijdags was de hele dag regen, zaterdag was prachtig zonnig, maar zondag was regen en wind. We konden niet eens naar de stek waar we wilden duiken uitvaren. Het stroomde ook hard, voor daar. Is in vergelijking met de Oosterschelde nog niets hoor, er zat wat beweging in het water. Maar er waren wel wat golven, dus niet handig om met een klein 4-persoonsbootje op pad te gaan. Dus dan zoek je een stek vanaf de kant, er zijn er genoeg daar, om zo vanaf de steiger naar toe te gaan.
Als bonus hebben we overigens wel prachtig het Noorderlicht kunnen zien.
Zondagavond hebben we een evaluatie, hoe alles geweest is, hoeveel soorten er gevonden zijn en er worden wat foto’s van andere deelnemers geshowd. Erg leuk om te horen, dat door de gehele groep samen, 43 verschillende soorten zijn gespot in de 10 dagen. En dat op zo’n klein stukje, en met relatief weinig naaktslakken dit jaar. Ook leuk om de discussies aan te horen waarom bepaalde soorten opnieuw bekeken en benoemd moeten worden misschien. Ik help Bernard alle dagen, maandag tot vertrek aan toe, om de verschillende beestjes, vaak met voedsel en eieren, te conserveren om mee naar Ierland te nemen voor DNA onderzoek. Wat is dat leuk werk, en zeker met zo’n gedreven leraar. Ik verdien er zelfs een ‘prijs’ mee, een zelfgebrouwen Nudi-beer, van een vorige deelnemer. Zo leuk, want de andere biertjes gaan naar degene die meeste Doto’s heeft gevonden, die de mooiste foto’s heeft gemaakt, naar Guido, die ons zo goed geholpen heeft in het duikcentrum en de lekkere wafels voor ons bakte, naar Örjan, de eigenaar die jarig is en de laatste gaat naar Bernard. En ik zit daar gewoon tussen.
Onderweg naar het vliegveld zit Bernard naast me en vraagt me volgend jaar ook weer te komen. Ook Christian, de organisator vraagt me dat. Het is heel erg verleidelijk en wie weet, maar het is nu nog te ver weg om daar al over te denken. Eerst staan er andere dingen op het programma. Maar dat dit ‘mijn ding’ is, is zeker!