Kaboom, kaboom!
Het is vandaag de elfde van de elfde, de dag van de dwazen en gekken en dus het begin van het carnavalsseizoen. Rutger Geerling beleefde het carnaval in Aruba.
Ieder jaar – tussen medio februari en begin maart – trilt de Arubaanse grond als bij een aardbeving en dreunen de stenen zowat uit hun voegen. Het is weer tijd voor Carnaval en dat zal iedereen weten ook. Geen winkel die open is, geen mens die nog aan werken denkt of thuis te vinden is. Heel het eiland komt samen op twee lange straten in Oranjestad om compleet los te gaan!
«Kaboom, kaboom, we’re terrorizing the party, put your hands up in the party, we’re coming to blow up the party!», de Soca Terrorists schallen uit de speakers. Speakers, zoals je ze nog nooit gezien hebt: 4 meter hoog én breed, opgestapeld aan de voorkant van een vrachtauto. De lading: een grote groep kleurig uitgedoste Arubanen die staan te swingen op de open achterkant. Glitter en glamour, veren, goud en alle kleuren van de regenboog stralen onze ogen tegemoet. Dik en dun, man en vrouw, jong en oud: iedereen swingt de pan uit onder het heerlijke zonnetje.
En terwijl de gele vuurbal ons vrolijk de haren van het hoofd fikt, komt een gestage stroom feestvierders onze netvliezen urenlang verblijden met een haast oneindige hoeveelheid uitbundigheid. «Aruba, one happy island», de slogan van dit zonovergoten paradijsje, lijkt meer dan ooit waard te zijn. Karretjes uitpuilend softdrinks en alcohol houden de feestvierders aan de gang, in de hitte lijkt het onvoorstelbaar maar de gemiddelde carnaval vierende Arubaan is uit stevig hout gesneden, en ook de meeste omstanders weten zich prima te vermaken de hele dag. Twee simpele recht-toe recht-aan straten doorgaan lijkt simpeler dan het is, de hele tocht duurt uren en staat vaker stil dan die op gang is. Niet dat het deert want iedereen lijkt elkaar te kennen en wil even met elkander op de foto. De plaatsen langs de weg zijn al maanden en maanden tevoren gereserveerd en overal zijn podia en andere verhogingen gebouwd. Meestal door vrienden van elkaar of door bedrijven. Een beetje netwerken kan er op zo’n dag dus ook wel bij, al lijkt de stemming veel te vrolijk om nog aan serieuze onderwerpen te denken.
En als de zon reeds ver over haar hoogtepunt is, loopt de tocht ten einde en mag iedereen aansluiten bij de laatste wagen. Een dikke stroom mensen danst beetje bij beetje richting wat ongetwijfeld nog een lange nacht gaat worden. «Kaboom, kaboom, we’re terrorizing the party», klinkt voor de zoveelste keer uit de speakers, het zal zeker de laatste keer niet zijn.
Aruba, tien uur vliegen (met KLM, Martinair of Arke) en je bent van het koude natte Holland in het warme natte Caribische gebied. Nat? Jazeker, de meeste mensen komen hier lekker een strandvakantie houden. Eventueel afgewisseld met wat duiken (het wrak van de Antilla is een absolute aanrader!), met een 4×4 over het eiland scheuren (de noordkant is spectaculair) of eens even goed uit eten te gaan (het eiland barst van de goede restaurants, zoals bijvoorbeeld French of Papiemento). Het zijn vooral grote hotels en resorts die hier de klok slaan, maar ook de liefhebber van een vakantiewoning heeft hier volop keuze. Let op, een paar dagen een auto huren is eigenlijk een must, hoe mooi de stranden ook zijn.
In 2011 vindt de Grand Parade plaats op 6 maart. Vanaf februari staat het eiland bol van de festiviteiten in de aanloop naar deze parade. Het hele programma vind je op de website van het eiland.
Foto’s: Rutger Geerling
- Links
- www.fotograferen.net