Kwallenseizoen is gestart
De oostenwind bracht ons niet alleen prachtig lenteweer, hij bracht ook de eerste kwallen naar het strand. Bij de mooie weersomstandigheden waren er veel toeristen aan het strand en enkele opmerkzame burgers meldden hun waarnemingen met foto op waarnemingen.be, waarneming.nl of aan het Vlaams Instituut voor de Zee. Er werden vooral Zeedruifjes en schijfkwalletjes gemeld.
De schijfkwalletjes zijn eigenlijk hydromedusen met de naam Eutonina indicans. Het is volstrekt normaal dat beide soorten nu talrijk aanwezig zijn. Binnenkort verwachten we een toename van de Meloenkwallen die profiteren van de bloei van de Zeedruiven, hun belangrijkste voedsel. Opmerkelijk is dat er nog heel weinig Oorkwallen en Blauwe haarkwallen aanspoelen, maar dat kan veranderen in de volgende weken of maanden. Even goed kan hun aanwezigheid dit jaar minimaal zijn.
De kwallen die bij ons op het strand voorkomen worden ingedeeld in ribkwallen (Zeedruifje, Meloenkwal en Amerikaanse ribkwal), schijfkwallen (Oorkwal, Blauwe haarkwal, Gele haarkwal, Kompaskwal, Zeepaddenstoel) en hydromedusen (Lampenkapje, Ikealampenkapje en een groot aantal soorten zonder Nederlandse naam). Kwallen kun je het hele jaar observeren, maar vanaf april tot in het najaar zijn ze talrijker aanwezig.
Niet alle kwallen worden voor de Belgische en Nederlandse kust geboren. Van de ribkwallen weten we dat volwassen dieren hier overwinteren en bij geschikte omstandigheden massaal gaan vermenigvuldigen. Van de Oorkwal zijn een paar vindplaatsen van de poliep bekend. De poliep gaat bij lage temperaturen, dus in de winter, strobuleren. Dit wil zeggen dat de poliep schijfjes met een diameter van minder dan een halve centimeter loslaat. Die schijfjes zijn heel kleine kwalletjes die bij voldoende voedsel (plankton) snel groeien.
Oorkwallen worden vermoedelijk bij ons vooral in februari losgelaten en tegen de maand mei bereiken ze een diameter van 10 centimeter. Momenteel zijn er in het Boudewijnkanaal veel aanwezig met een diameter van 1 tot 4 centimeter. Aan het strand vinden we nu weinig Oorkwallen met grotere diameters, zij zijn waarschijnlijk eerder en in een koudere omgeving (Noord-Nederland, Scandinavië of Schotland) geboren.
Netelige kwestie?
De meeste soorten die aan de Nederlandse en Belgische kust aanspoelen geven geen problemen. Je wordt eerder geneteld door een zwemmende kwal dan door een aangespoelde kwal. Zelfs de ongevaarlijke Oorkwal kan al zwemmend de tere huid van bijvoorbeeld de binnenkant van je arm laten tintelen. Contact met de Kompaskwal en de zeldzame Gele haarkwal moet vermeden worden, zelfs wanneer het om een aangespoeld exemplaar gaat. Gebeurt het toch: dan vind je hier enkele nuttige tips van het Rode Kruis.
Bron: naturetoday.com
Foto: Ron Offermans