Inloggen

Wachtwoord vergeten?

Duiken

Krokodil der lage landen

Na allerlei verhalen over het Monster van Toolenburg besloot Janny Bosman om zelf, gewapend met onderwatercamera , naar Hoofddorp te reizen om op onderzoek uit te gaan. Wat is er waar van dit monster?

De Toolenburgse plas is een plas die is ontstaan door de winning van zand en doet nu dienst als recreatieplas. Bij de ruim 85 hectare grote plas is een grote parkeerplaats en de  instap in het water is eenvoudig. De licht glooiende zandbodem van deze plas is aan de zijkanten in het ondiepere gedeelte begroeid met kranswieren, die soms een waar oerwoud vormen. Als duiker is het soms lastig om hier doorheen te komen, maar juist in dit oerwoud van wieren vind je de gangen en hollen die zijn gemaakt door vissen. Als je de karpers, snoeken en het monster van Toolenburg wilt zien, moet je daar in de buurt zoeken Na lang zoeken vindt Janny bij in zo’n gang van slechts 40 centimeter breed het ‘monster’. Onze ‘Nessie’ heeft een lengte van circa 180 centimeter en blijkt de Europese meerval te zijn, de grootste Nederlandse zoetwatervis.

Meerval

De Europese meerval heeft een lang gerekt lichaam zonder schubben, waarvan de voorste helft cilindrisch is met een achterlijf dat achter de aars van de zijkant smaller wordt. De karakteristieke kop is in verhouding tot de rest van het lichaam groot breed en afgeplat en voorzien van 6 baarddraden. Voor de rest heeft de meerval wel wat weg van een zeer grote paling – hij heeft een kleine rugvin en een zeer lange anaalvin.

De gladde ongeschubde huid kan sterk van kleur variëren – aangepast aan de omgeving – en voorzien zijn van gemarmerde vlekken. Zo zal het dier in helder water een donkere haast zwarte kleur hebben terwijl in modderig water de kleur meer bruine kleur zal zijn. Het is niet zo dat het dier snel van kleur verandert, maar dat heeft hij ook niet nodig – hij is erg honkvast en heeft geen natuurlijke vijanden, hij staat bovenaan in de voedselketen.

De meerval kan een lengte bereiken van circa 3,00 meter met een maximaal gewicht van zo’n 150 kilogram – al gaan er ook geruchten van veel grotere dieren tot zelfs 5 meter. In Nederland worden zelden waarnemingen gedaan van meervallen die groter zijn dan 2,00 meter.

Alleseter

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

De Europese meerval voelt zich het best thuis in zacht stromende rivieren met een wisselend waterpeil, maar ook in grote, diepe meren met ondiepe, uitgestrekte oeverzones kan hij zich prima handhaven. Belangrijk hierbij is dat de watertemperatuur zomers de 18 tot 20 graden Celsius moet kunnen halen. Het dier heeft een voorkeur voor een zachte bodem. Hier zoekt hij overdag graag een schuilplaats in holten, overhangende oevers of tussen grote hoeveelheden bodem vegetatie. In de grote rivieren komen meervallen voor in diepe kommen.

’s Nachts gaat de ‘krokodil van de lange landen’ op jacht in ondiep water en soms aan de oppervlakte. Hierbij eet hij alles wat in zijn bek past, zoals bloedzuigers, wormen, kreeftachtige, insecten en hun larve en schaaldieren. De grotere exemplaren eten ook vissen (zeelt, brasem en paling), amfibieën en kleine zoogdieren zoals muizen en ratten, en ook watervogels (bijvoorbeeld eenden).

Grote jager

Bij het voedsel zoeken spelen de zeer kleine ogen nauwelijks een rol, wel zijn de baarddraden met een hoog ontwikkelde smaak en tastzin van grote betekenis. Daarnaast zijn de geur en de zijlijn belangrijk. Meervallen horen ook uitstekend. De geluidsgolven worden door de zwemblaas versterkt en via een stelsel van beenstukjes naar het inwendige oor overgebracht. Bovendien bezitten ze elektroreceptoren, waarmee ze prooien kunnen waarnemen aan de hand van zwakke elektrische velden. Hij gebruikt zijn scherpe borstvinnen bij het vangen van zijn prooi. Met deze vinnen, creëert hij een werveling of kolk, om het dier te desoriënteren en het vervolgens zijn bek in te zuigen. Ondanks dat de meerval een grote jager is, heeft hij een zwak gebit. In de boven- en onderkaak bevinden zich nauwelijks zichtbare naar achter gekromde tanden. Deze tanden dienen alleen om de prooi vast te houden. Om deze vervolgens in een geheel in te slikken.

Nederland

In Nederland is de meerval inheems – dit kunnen we vaststellen op basis van de lange tijd dat de dieren zich al in ons land bevinden. In Flevoland zijn prehistorische resten van de meerval gevonden. Van oudsher is een geïsoleerde populatie bekend in de Westeinderplassen en de Ringvaart rond de Haarlemmermeer. De laatste jaren zijn meervallen al op allerlei plaatsen waargenomen. In de grote rivieren lijkt er een natuurlijke populatie voor te komen, er worden regelmatig meervalletjes van ongeveer twintig centimeter gevangen. Verwacht mag worden dat de natuurontwikkeling in het Gelderse Poortproject gunstig zal uitpakken voor de meerval in de grote rivieren aangezien hiermee de paaimogelijkheden voor de dieren fors toe zullen nemen. De meervallen in de Waal, Nederrijn en IJssel zijn hoogstwaarschijnlijk afkomstig van in Duitsland uitgezette dieren. Ook de bij duikers bekende dieren in recreatiepark De Kempervennen zijn uitgezette dieren.

meervalmail0926  meervalmetJannymail0906

 

Grootste kans op ontmoeting

De paaitijd van de meerval valt in ons land in de periode mei tot juli. Tijdens het paaien verliezen de meervallen hun schuwheid. Het mannetje zoekt de paaiplaats. Deze plaatsen liggen in ondiep water, met waterplanten op de bodem. Als er een paairijp wijfje verschijnt en de watertemperatuur hoog genoeg is (rond 18 tot 20°C) , kan het paaispel beginnen waardoor het wateroppervlak flink in beroering wordt gebracht. Het paaien gebeurt bij voorkeur op warme, zwoele dagen in de avonduren als de temperatuur van het water het hoogst is. Het vrouwtje zet ongeveer 3000 lichtgroene kleverige eitjes van 3 mm groot per kg lichaamsgewicht. Het mannetje bewaakt het nest totdat de eitjes uitkomen, wat ongeveer 3 tot 10 dagen duurt. In deze periode is voor duikers een ontmoeting met een meerval het grootst.

Bescherming

De meerval valt sinds 1973 in Nederland onder de Natuurbeschermingswet en werd in 2002 opgenomen in de nieuwe Flora- en faunawet.  Volgens deze wet is het verboden de meerval ’te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen’. Er mag daarom niet op worden gevist, en evenmin mag hij worden uitgezet. Door de inheemse status van de Nederlandse meerval is het niet toegestaan de soort hier uit te zetten, dit om vermenging met de unieke inheemse populatie te voorkomen. Gevangen exemplaren dienen onmiddellijk in hetzelfde water worden teruggezet. De meerval staat niet op de Nederlandse rode lijst van bedreigde vissoorten, maar is wel opgenomen als beschermde soort in de conventie van Bern. Met een goede bescherming maak jij als duiker in ieder geval meer kans om de krokodil van de lage landen met eigen ogen te aanschouwen.

Foto’s: Janny Bosman (openingsfoto en eerste foto) en Marion Haarsma

Klik hier om de foto’s in groter formaat te bekijken.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Velden met * zijn verplicht *

Nieuwsbrief